DE FANTASIEWERELDEN-ADHD-DEPRESSIE LOTERIJ: OF HOE IK MIJN HOOFD NIET STIL KAN KRIJGEN (EN DAT EIGENLIJK WEL OKÉ IS)

Laten we het eens hebben over fantasiewerelden. Je weet wel, de werelden van Marvel, Star Wars, Lord of the Rings en al die andere nerdy universa waar de echte wereld even geen toegang tot heeft. Fantasiewerelden, noemen ze 't. En met reden. Want laten we eerlijk zijn: de echte wereld is vaak een klamme, grijze regenbui vergeleken met de epische regenboog van lasergevechten, superhelden in spandex en Hobbits met een bizar grote reisdrang. Geef me de Millennium Falcon boven de NS-trein die weer eens vertraging heeft, elke dag, iedere dag.

Voor iemand zoals ik met ADHD een beetje autisme én een chronische depressie zijn die werelden niet alleen leuker, maar eigenlijk pure noodzaak. Want, lieve mensen, als je hoofd een non-stop sneltrein is die je overal heen sleurt behalve naar de plek waar je moet zijn dan zijn er maar weinig uitwegen. Gelukkig zijn er dan werelden waarin je in één klap van de alledaagse sleur naar een galactisch avontuur wordt gekatapulteerd. Geen stress over rekeningen of “je zou echt eens vaker buiten moeten komen,” gewoon BOEM – je bent ineens een Jedi die z’n lichtzwaard probeert te herladen. En ik weet heus wel dat lichtzwaarden niet herladen hoeven te worden. Shut up. 

ADHD en fantasie: een droomhuwelijk... maar zonder slaap
ADHD en fantasie zijn als Batman en Robin: onafscheidelijk. Fantasiewerelden zijn de perfecte uitlaatklep voor die ADHD-geest die maar door blijft ratelen. Als mijn brein een browser zou zijn dan staan er zo’n 72 tabbladen open en in de helft daarvan wordt een Marvel-film geanalyseerd op onnodige details. En dat is precies waarom ADHD zo goed klikt met die werelden: er gebeurt altijd iets. Je kunt van de ene epische strijd in de volgende monsterlijke quest springen zonder ook maar een moment stil te staan.

Het probleem? Tja, dat stil blijven staan dus. Dat is geen optie. Niet als je álles moet weten. Want als je eenmaal begint is er geen weg terug. Voor je het weet ben je bezig om de genealogie van de Skywalker-familie te ontrafelen tot op het derde generatieklonen-niveau. Of je probeert een diepgaande analyse te maken over waarom Sauron eigenlijk gewoon een soort misbegrepen influencer was. En als er dan een nieuwe film of serie uitkomt gaan er radertjes draaien. Niet zomaar radertjes, maar tandwielen van industriële omvang. Ze draaien en malen en laten je niet meer met rust. Ook al wil je soms gewoon je hoofd even op pauze zetten.

Depressie en nerdy shit is de lotto die je niet wilt winnen
Hier komt de depressie om de hoek kijken. Want depressie en obsessie over nerdy shit is net zo’n loterij als die waar je je geld instopt en hoopt op winst, maar in werkelijkheid krijg je een baksteen in je gezicht. Depressie zegt namelijk: "Waarom zou je er überhaupt om geven? Wat heeft het voor zin?" Maar dan zegt je innerlijke nerd: "OMG, heb je die post-credit scene gezien? Wat betekent dit voor fase 5 van het MCU!?"  En zo zit je daar, wanhopig balancerend tussen "niets heeft betekenis" en "ik moet dit hele universum nu ontleden of ik ga dood."

Je partner? Die kijkt je waarschijnlijk aan alsof je een invasie van de Borg hebt aangekondigd en ze niet weten hoe ze de Warp Core moeten stabiliseren. Want terwijl jij je volledig stort in de zoveelste uitleg over waarom Captain America technisch gezien niet echt zou kunnen terugkeren naar zijn timeline (nee, echt, luister nou!) staan zij erbij met een blik die varieert tussen medelijden en "moet ik je nu een knuffel geven of je telefoon afpakken?"

De obsessie: een zegen en een vloek
De obsessie is zowel een zegen als een vloek. Want het is fantastisch om op te gaan in werelden waarin constant gave shit gebeurt en waar jij geen verantwoordelijkheid hoeft af te leggen. Geen crisis, geen eindeloze to-do-lijsten. Gewoon vliegen door de ruimte, een draak verslaan of jezelf afvragen of je in een lightsaber-gevecht je arm nog zou kunnen gebruiken na een plasmabeam (spoiler: nee, dat zou je niet). Maar de vloek is dat je er niet uit kunt stappen. Die fantasiewerelden zijn als een verdomd krachtig vacuüm: één keer erin gezogen en je brein houdt niet meer op met analyseren, theoretiseren en alles willen weten.

Als iemand met ADHD en autisme moet ik letterlijk alles weten van elk universum dat ik tegenkom. En met alles bedoel ik dus ook écht alles. Dat klinkt vermoeiend? Klopt. Het ís ook vermoeiend. Niet alleen voor de mensen om me heen die niet helemaal begrijpen waarom ik om half drie 's nachts een documentaire over de evolutie van lightsabers zit te kijken, maar ook voor mezelf. Het is alsof je op een hogesnelheidstrein zit en er geen stopknop is. Of je nu wilt of niet die trein dendert gewoon door naar het volgende obsessieve station.

De wereld ontvluchten... het kan altijd in een fantasie
Wat maakt het allemaal de moeite waard? Simpel. De ontsnapping. Die werelden buiten de onze zijn bevrijdend. Je kunt letterlijk een held zijn zonder dat je daarvoor je kamer hoeft te verlaten (en laat dat nou precies mijn lievelingsding zijn). Geen verantwoording, geen gezeur, alleen maar epische battles en avonturen die geen burn-out veroorzaken.

Dus... depressie, ADHD, een beetje autisme en een niet aflatende honger naar fantasie; het is een grillige combinatie. Maar als je eraan toegeeft kan het net die ontsnapping zijn die je even nodig hebt. Want als alles in de echte wereld instort hoef je alleen maar naar je scherm te kijken en je even een Jedi te voelen.

En als alles écht misgaat onthoud dan: “May the Force be with you,” want je zult het nodig hebben. Maar als dat niet werkt: “I am Groot.” Dat betekent alles en tegelijkertijd niks... en dat is precies hoe het leven voelt met depressie.

Reacties

Een reactie posten

Populaire posts